Dossier Digitale Exclusie, Brussels Platform Armoede

Digitopia .. en wie niet mee kan? verslag 1/6/2024

Auteur– Karel Verhoeven

Sprekers:

  • Paul Laurent van Espace Publique Numérique (EPN) in Schaarbeek
  • Barbara Goethals van Brussels Platform Armoede
  • Daniël Flincke van Lire et Ecrire vzw

Paul Laurent belicht dat elke inwoner van Schaarbeek langs een Espace Publique Numérique terecht kan om op internet te gaan. Indien nodig wordt daar onder begeleiding op laagdrempelige wijze getoond hoe bijvoorbeeld administratieve stappen digitaal te ondernemen.

Paul en twee Schaarbeekse getuigen vertellen over drempels, onmacht, wanhoop, sociaal isolement maar ook over herwonnen zelfvertrouwen, verwachte vertrouwelijkheid, onderlinge hulp.

Het publiek van Espace Publique Numérique is zeer verscheiden.

Zie ook: https://www.cpas-schaerbeek.brussels/inscrivez-vous-aux-ateliers-numerique-du-cyberogier/

Barbara Goethals van Brussels Platform Armoede belicht hoe toegang tot cultuur, vervoer, huisvesting, bijstand dienstverlening, steun of kortom rechten steeds meer verschuift van fysieke loketten naar digitale toegangspoorten. Maar ook hoe armoede impact heeft op verschillende levensdomeinen die onderling meestal negatief op elkaar inspelen waarbij digitalisering heeft op zijn beurt ook impact op alle levensdomeinen. Dit levert uitsluiting en hogere drempels op.

Het Brussels Platform Armoede en de acht Brusselse verenigingen waar mensen in armoede het woord nemen, werkten twee jaar lang rond digitale uitsluiting. Zij verzamelden getuigenissen, belichten drempels en uitdagingen, voeren actie en komen tot aanbevelingen en goede praktijken.

Het verslag kreeg de vorm van een aantrekkelijke, visuele website, die u in 2 talen kan raadplegen:

https://bpa-digidossier.my.canva.site/nl

https://bpa-digidossier.my.canva.site/fr

 

Daniel Flinker van  Lire et Écrire Brussel situeert het probleem met het het digitale in een groot deel van het dagelijkse leven. Menselijk contact tussen essentiële dienstverlening en gebruiker wordt gereduceerd zoal niet opgeheven. Verlies aan autonomie en niet opnemen van rechten zijn het uitvloeisel van digitalisering door de strot van de maatschappij gejaagd. Immers de helft van de bevolking is digitaal kwetsbaar.

Het is deze problematische context van een hoofdstedelijke ordonnantie in 2022  uitgevaardigd om alle regionale diensten te verplichten om digitaal beschikbaar re zijn, die het vuur aan de lont steekt.

Dit project is katalysator van ongenoegen bij ‘alles digitaal’. Het wordt sinds twee jaar symbool van vereniging in woede van het verenigingsleven en talrijke burgers. Zij verzetten zich samen tegen nog meer digitaal en komen op voor behoud van fysieke loketten. Tegenover digitale ambities van het regionale bestuur komen zij op met een palet democratische militante acties. Dat zijn publicaties, open brieven, brieven, duizenden mails, aanplakbrieven, debatten, manifestaties…

Niettemin is deze Brusselse ordonnantie is van kracht geworden. Niettegenstaande een sterke mobilisatie van het burgerlijke middenveld garandeert  de ordonnantie geen behoud van toegankelijke regionale en gemeentelijke kwaliteitsvolle loketten en bereikbare telefoondiensten.

Merkwaardig is dat elke campagnefase de autoriteiten dwong de ordonnantie te herzien en te doen evolueren. Tussen het klad en definitieve tekst is belangrijke vooruitgang bekomen dank zij  volksdruk.

In feite kan het verzet tegen de ordonnantie als kantelpunt bekeken worden. Gedurende jaren werd  maatschappelijke digitalisering uitgevoerd zonder discussie. Terwijl wat loketten betreft alleen beloften gedaan werden. Verzet tegen Brusselse digitalisering heeft toegelaten een basis te leggen  voor een ideologische en organisatorische basis om deze tendenzen om te keren. De omstandigheden lijken nu rijp om een concrete verbetering van toegankelijkheid van essentiële diensten. En wat betreft de digitale kwestie is een echt publiek debat aangegaan. Het moet nu op grote schaal gevoerd worden om gezamenlijk plaats te geven aan het digitale in de maatschappij.

De komende maanden zal de actie rond ‘de mens eerst’ opnieuw gelanceerd worden om vier machtsniveaus aan te spreken via aangepaste acties:

  • Op het Brusselse (gemeentelijke & gewestelijke) niveau is het doel de nieuwe politieke meerderheden te verplichten echt nieuwe loketten te openen.  De strijd tegen de Brusselse digitale ordonnantie wordt niet verlaten. De actieve verenigingen in de beweging zijn aan het afstemmen en met advocaten. Al dan niet een verzoek indienen om vernietiging van deze discriminerende maatregel bij het Grondwettelijk Hof zal voor einde augustus 2024 genomen worden.
  • Op federaal niveau wordt lobbywerk bij de verkozenen gepland. De ambitie is in de Belgische Grondwet het recht te laten neerleggen om het internet niet te gebruiken.
  • Tenslotte wordt op Europees niveau een actie gelanceerd om een moratorium in te stellen tegen digitalisering van wezenlijke diensten. Hieromtrent wordt een open brief in zes talen aan de Europese autoriteiten opgesteld. Onderzoekers met internationale reputatie en Europese verenigingsplatformen patroneren het initiatief. Het idee is een maximum aan professoren en verenigingen met hun naam de tekst onderschrijven waarna hij gepubliceerd zou worden onder vorm van een open brief in dagbladen van verschillende Europese landen. Op termijn zou deze tekst in een petitie kunnen omgevormd worden die alle burgers kunnen onderschrijven.

Meer over de campagne: https://lire-et-ecrire.be/Participez-a-la-campagne-l-humain-d-abord-en-2024

Ontdek ons Jaarrapport 2023

Tijdens de Algemene Vergadering van House of Compassion werd ons jaarrapport 2023 voorgesteld. Ontdek het hier:

 

A mag created with Madmagz.

(la version française paraîtra bientôt!)

 

Het jaarrapport van 2022 vindt u hier:

A mag created with Madmagz.

Het jaarrapport van 2021 vindt u hier:

 

Iedereen recht op wonen! – verslag zaterdag 4/5/2024

Auteur: S. Geldof —

Art. 3 van de Brusselse huisvestingscode stelt: IEDEREEN HEEFT RECHT OP EEN BEHOORLIJKE WONING

en toch is dit recht in de praktijk niet voldaan voor een aantal groepen, die ook de ‘onzichtbaren’ genoemd worden: mensen zonder papieren, mensen die de gevangenis verlaten, mensen die uit hun huis gezet worden. Zij kwamen getuigen over hun ervaringen. Ook een vertegenwoordiger van de Brusselse Bond Recht op Wonen was aanwezig en reageerde. 

La Voix des Sans Papiers  (VSP) ijvert al 10 jaar voor de rechten van de eerste doelgroep. Mensen wiens asielaanvraag geweigerd is hebben geen enkel recht: als hen onrecht aangedaan wordt, kunnen ze bijv. niet naar de politie gaan. Wat hen uiteraard heel kwetsbaar maakt. En toch… sinds de wet-Onkelinx uit ’93 kunnen gemeentebesturen leegstaande gebouwen opvorderen voor daklozen, helaas wordt die zelden toegepast. Tijdens hun 10 jarige bestaan heeft VSP al 23 gebouwen bezet, waar ze telkens ook weer uitgezet worden. Voor hen is regularisatie op basis van duidelijke en permanente criteria de oplossing uit deze onhoudbare situatie. 

Rock in Squat is een ander collectief dat een honderdtal mensen zonder papieren, waaronder veel alleenstaande vrouwen en kinderen groepeert. Ze vormen een heterogene groep, wat hun kracht is, vertellen Rim, Nezha en Emmerance. Momenteel verblijven ze, met steun van de gemeente, in een gebouw aan de Kroonlaan waar ze echter binnenkort weer moeten wijken voor een opvangcentrum van Fedasil. Ook bij hen wegen de uitzettingen en het gebrek aan een ankerplaats heel zwaar, praktisch (bijv. verlies van belangrijke papieren) en mentaal (kinderen worden losgerukt uit hun school context). Zij vragen een duurzame oplossing, mededogen van de Belgische bevolking. 

Loïc Manche van de Brusselse Bond voor het Recht op Wonen (BBRW) beaamt dat de wet-Onkelinx het legale kader biedt om alvast het recht op wonen te laten gelden en dat regularisatie een duurzame oplossing zou bieden. 

Philippe Defeyt is mede oprichter van Plateforme Sortants de Prison, een vzw die mensen die de gevangenis mogen verlaten, begeleidt in, o.a. hun zoektocht naar een woning. Sommigen hebben gelukkig een netwerk waar ze terecht kunnen, anderen helemaal niet. Zij ondervinden in de praktijk dat het huidige systeem van het gevangeniswezen hen niet echt voorbereidt op deze situatie. Vaak hebben ze geen geldige identiteitskaart, krijgen ze enkel medicatie voor 3 dagen mee, en vaak is het tot het laatste moment onduidelijk of iemand vervroegd vrij kan komen. Het platform beschikt over 4 à 5 woningen voor tijdelijke opvang en 6 vrijwilligers. De begeleiding begint idealiter al 1 jaar op voorhand, zodat men kan zicht krijgen op de noden van de persoon. Concreet begeleiden ze hen bij de praktische zaken zoals contracten afsluiten bij leveranciers en andere administratieve stappen zetten. Hun aanpak is altijd complementair aan andere, bestaande vormen van hulpverlening. 

Ze ondervinden vooral dat er een tekort is aan 1 persoons woonsten, inderdaad, na een lang leven in gemeenschap hunkert men naar een eigen ruimte. Er is een enorme schaarste op de markt en soms gelden er extra beperkingen voor deze doelgroep. De morele, warm menselijk steun die de vrijwilligers brengen is van onschatbare waarde om de re-integratie in de maatschappij te realiseren!

Tam Blodiau van het Front Anti-expulsions leert ons er 3 types van uitzettingen zijn: (1) Juridische uitzettingen (11 per dag in Brussel) omwille van achterstallige huur (2) administratieve uitzettingen omwille van niet conformiteit van de woning (3) beëindiging van huurcontracten omwille van renovatie, waarna de huurprijs verdubbelt, zelfs verdrievoudigt, en zo dus de facto niet meer toegankelijk is voor de persoon die er woonde. Mensen die uit hun huis gezet worden kan je beschouwen als slachtoffers van geweld, het is heel ingrijpend, zeker als je er alleen voor staat. Ook in de rechtbank ondervinden zij een vorm van geweld, in de manier waarop ze bejegend of beschreven worden. Het Front ijvert dan ook voor geen uitzettingen uit te voeren zonder herhuisvesting (gemiddeld duurt het 11 maanden voor iemand opnieuw een stabiele woning vindt). Ze wijzen er ook op dat het aandeel sociale woningen in België veel lager is dan in de buurlanden: 7% t.o.v. 18% in Frankrijk (waar men spreekt van een crisis) en 30% in Nederland. Kan je als maatschappij tolereren dat een fundamenteel recht als dat op huisvesting is de facto gedicteerd wordt door de privé markt?

Veel mensen kunnen hun huur niet meer betalen. Loïc van BBRW verwijst naar het rooster van referentiehuurprijzen, dat aangeeft of een woning aan een aanvaardbare prijs wordt verhuurd. Deze is echter opgesteld op basis van effectieve huurprijzen en weerspiegelt dus de markt, eerder dan een richtlijn te stellen. Men vraagt een meer correcte maatstaf (niet gedicteerd door vraag en aanbod). Zij stellen ook vast dat, in de rechtspraak rond huurgeschillen, er minder evenwicht is tussen de partijen, dan bijv. bij de arbeidsrechtbank waar werknemer en werkgever op gelijke voet staan. 

Bij de vragenronde wordt geopperd om de strijd op de verschillende fronten te combineren, zodat ze elkaar versterken. Ons sociaal systeem is niet echt afgestemd op de realiteit, en op vele vlakken zelfs disfunctioneel.  Er is nood aan een globaal opkomen voor de rechten van onzichtbaren. Deze ontmoeting gaf inderdaad een duidelijk zicht op de ervaringen van de betrokkenen en mogelijke pistes tot verbetering.   

 

Na afloop kon iedereen aanschuiven aan de lange tafel voor een lekkere verse soep, brood en beleg. Mensen met en zonder papieren konden samen aan één tafel, impressies en verdere ideeën uitwisselen.

 

Omdat iedereen telt! – verslag zaterdag 2/3/2024

Auteur: L. Valgaeren —

Op zaterdag 2 maart ll. ging in het ‘House of Compassion’ te  Brussel de eerste van een reeks ‘ontmoetingen’ door rond het  thema ‘Verbinding’, meer bepaald rond de slogan ‘Omdat iedereen telt! Extreemrechts, nee bedankt!’.

Mark Michiels, coördinator van de Louis-Paul Boon-kring die ook in het Brusselse actief is, startte met een korte schets van de campagne rond extreemrechts. Die gaat oorspronkelijk terug naar het eind van de jaren ‘90 toen het Vlaams Blok zich op de kaart zette toen commissaris De Mol van Schaarbeek die zich kandidaat stelde in Brussel. Dit feit vormde toen de aanleiding voor een actie van ca. 250 verenigingen die in het Brusselse krantjes tegen het Vlaams Blok in de brievenbussen postte.

Ondertussen zijn we maart 2024 en zou het Vlaams Belang volgens recente opiniepeilingen 28% van de kiezers halen. Onder meer dit vooruitzicht heeft gemaakt dat er een campagne gestart is van meerdere organisaties onder de titel ‘Het verborgen gelaat’.  Deze campagne probeert de publieke opinie te sensibiliseren voor de verborgen agenda van extreemrechts en de kiezers aan te zetten in het najaar niet voor extreme partijen te stemmen.

Daarbij verwees Mark Michiels, bij wijze van voorbeeld, naar de politieke beslissingen die recentelijk door de regering Meloni in Italië genomen zijn en die duidelijk een bedreiging vormen voor de democratie aldaar en in het bijzonder voor de rechten van mensen die het in dat land zo al moeilijk hebben.

Willen wij het hier bij ons niet zo ver laten komen en de mensen die al in moeilijke omstandigheden moeten leven (o.m. wonen, energie, werk, gezondheidszorg) niet nog verder de dieperik induwen, dan moet er dringend actie ondernomen worden.

Het model dat de campagne ‘Het verborgen gelaat’ daarbij voorstaat is de dialoog: met elkaar spreken, luisteren naar elkaar, samen nadenken en eventueel actie ondernemen. Daartoe werd ondertussen allerhande materiaal aangemaakt zoals een krant, een vormingsaanbod van twee voormiddagen op verschillende locaties, een gezelschapsspel en worden er verschillende culturele projecten opgezet o.m. met dichters.

Het gezelschapsspel is specifiek ontwikkeld om de dialoog met mensen met een andere visie aan te gaan en in de mate van het mogelijke samen in beweging te komen. Het spel werd trouwens in de voormiddag met de aanwezigen kort uitgeprobeerd en gaf de nodige animositeit aan het gebeuren.

 

Christijn Terlingen, coördinator van Hart Boven Hard  stelde de beweging voor.  Zij profileert zich sinds 2014 als een beweging van, door en  voor het volk, als een basisdemocratie als het ware. Ze stelt duidelijk dat het er in onze samenleving anders aan toe kan gaan dan door een radicale of rechtse politiek maar onderstreept daarbij uitdrukkelijk dat dat vooral lokaal moet gebeuren en in stappen.

Christijn gaf daarop in met concrete voorbeelden van  (geplande) plaatselijke acties en benadrukte daarbij het belang van het verbreden van de sociale strijd, ook op parlementair niveau, beroep te doen op de creativiteit van mensen en verenigingen en te focussen op diversiteit van het beoogde publiek, daarbij zeker de vluchtelingen niet vergetend.

Belangrijke momenten van ‘Het Groot verzet’ zijn : grote manifestaties, de ‘rode driehoekacties’ (naar analogie van de rode driehoek die bepaalde groepen tijdens het naziregime moesten opspelden omdat zij buiten de gangbare maatschappelijke normen vielen) en het ronselen van ‘verzetslieden’, d.w.z. mensen die bereid zijn in actie te komen tegen het dreigend extremisme. Zo zal er onder meer op 24 maart e.k. een grote anti-discriminatiebetoging doorgaan aan Brussel-Centraal. Vandaar ook de oproep is: allen daarheen!

Verder werd het boek van Marijke PersooneWiens belang‘ toegelicht, het geeft duidelijk inzicht in een aantal belangrijke thema’s in het partijprogramma van Vlaams Belang, dat beweert op te komen voor gewone mensen. Je vindt er informatie over ‘de welvaartstaat’, wie schrijft het partijprogramma? wat is ‘solidarisme’? Wat zijn consequenties voor het middenveld?  In haar boek stelt Persoone ook echte sociale alternatieven voor en geeft ze voorbeelden van kleine verzetsdaden. Dit is dus ook een rijke bron van informatie voor wie het gesprek over extreemrechts wil aangaan.

 

Om de samenkomst af te sluiten werd er warme soep en een broodmaaltijd aangeboden wat door alle aanwezigen erg gewaardeerd werd, te meer omdat het niet bepaald warm was in de kerk. Langs deze weg dus nogmaals hartelijk dank aan allen die zich zowel inhoudelijk als praktisch ingezet hebben voor het welslagen van deze bijeenkomst!!

 

Vooruit in de strijd tegen armoede! – verslag zaterdag 3/2/2024

Auteur: L. Valgaeren —

Op zaterdag 3 februari ll. ging in het House of Compassion een voormiddag door rond het thema ‘Vooruit in de strijd tegen armoede’. Omwille van de weersomstandigheden weken we uit naar Het Anker, het sociaal restaurant in de Marcqstraat.

Er waren drie bevlogen sprekers die ons elk op een eigen manier mee namen in hun strijd tegen armoede.

Memorandum 2024

Christa Matthys (Brussels Platform tegen Armoede) – memorandum 2024 aan de beleidsvoerders

Zij had het vooral over het memorandum dat het platform in het voorjaar zal publiceren, samen met nog andere organisaties. Dit document kwam tot stand op basis van input geleverd door mensen in armoede. Dit memorandum stelt vier ‘speerpunten’ voorop die als ingangen kunnen gezien worden voor hun eisen:

  1. de structurele verankering van de participatie aan het beleid van mensen in armoede en dit op alle niveaus;
  2. het garanderen van een kwalitatieve dienstverlening voor hen , zowel in de publieke als in de private sector; dit in de context van steeds verregaander digitalisering
  3. het beter reguleren van de private huurmarkt door a) de huurprijzen af te stemmen op het inkomen van eventuele huurders, b) het voorkomen van speculatie op de huurmarkt en c) het bestrijden van leegstand;
  4. het hervormen van de ‘gecombineerde vergunning‘ in de zin van het meer afstemmen van die vergunning op knelpuntberoepen op de arbeidsmarkt zodat op die manier meer mensen een wettig verblijf kunnen krijgen, ook in België.

Studie over niet begeleide minderjarige vluchtelingen 

Celine Graas  (Forum Bruxelles contre les inégalités)

Zij bracht een samenvatting van de resultaten van een ‘collaboratief actie-onderzoek’ dat ze samen met Lelubre Marjorie deed rond Niet Begeleide Minderjarige Vluchtelingen (NBMV) in Brussel. In dit type onderzoek werken academici samen met mensen uit het middenveld en werken ze het omzetten van aanbevelingen in concrete maatregelen.

  1. Zij noemde de NBMV’s een ‘zwervend publiek’ dat zowel op fysiek als op psychisch vlak ‘ronddwaalt’ en stelde dat, ook al heeft men een onderdak, daarmee het probleem van het zwerven niet opgelost is. Integendeel! Het is volgens Céline een illusie dit probleem aan te pakken zonder dat er rekening gehouden wordt met de primaire behoeften van deze jongeren. Zij hebben immers meerdere, met elkaar verweven behoeften waar de zorg zich moet aan aanpassen (en niet omgekeerd!).
  2. Ingaande op het beschikbare aanbod in het Brusselse Gewest stelde zij dat het van essentieel belang is om een reflectie op gang te brengen over de reële toegankelijkheid van de verschillende diensten en meer werk te maken van laagdrempeligheid en soepeler toegangsvoorwaarden.
  3. Ten derde pleitte ze voor de opening van een speciale opvang voor dakloze NBMV’s, een opvang die een bufferfunctie kan vervullen tussen de straat en het bredere zorgnetwerk, die een hechtings- of vertrouwensplaats kan zijn en een informatiepunt voor professionals en voor de jongeren zelf.

Céline is ook betrokken in een project om dergelijk opvangcentrum te openen.

Rechten en erkenning van daklozen

Filip Keymeulen (Diognes vzw) is auteur en straathoekwerker

Als derde spreker kwam Filip Keymeulen aan het woord. Filip is straathoekwerker en auteur van het boek ‘Alhambra’ (in het Nederlands) of ‘Coupés du monde’ (in het Frans).

Om te beginnen typeerde hij kort DIOGENES, de organisatie waar hij al heel wat jaren voor werkt, en de mensen die hij via zijn werk bereikt: ¾ heeft een verslavingsproblematiek, 30 à 40% leeft in psychische precariteit.

Pijnpunten zijn voor hem vooral:

  1. Het miskennen van het recht ‘om te zijn waar je bent’ en je vrij in de publieke ruimte te kunnen begeven en bewegen. M.a.w. de daklozen worden door de ordediensten geviseerd onder andere door het verbod op alcohol in publieke ruimtes en door gasboetes allerhande. Daardoor weten ze niet (meer) waar ze (dan wel) terecht kunnen.
  2. De sluiting – steeds vaker – van specifieke afdelingen voor drugs- of alcoholverslaafden in de Brusselse ziekenhuizen en de lange wachttijden voor een of andere behandeling.
  3. Het sluipend cynisme in de publieke opinie – ook in de media! – in de manier van denken en spreken over thuislozen en hoe men daardoor in de feite het individueel leed in Brussel nog vergroot.

Filip bracht in dat verband ook even de buurtcomités ter sprake. Bedoeld als een vorm van burgerparticipatie bestaat  er echter ook daar ongelijkheid of onevenwicht. Dit gebeurt o.m. door de samenstelling ervan: de meest kwetsbaren, zoals de sekswerkers of de verslaafden, zijn er ondervertegenwoordigd en missen daardoor een kans om hun ‘gedeelde of gemeenschappelijke’ problemen aan bod te laten komen.

Zijn algemeen besluit was: er is een serieuze ‘verharding‘ aan de gang in de toegankelijkheid van openbare diensten (OCMW’s of ziekenhuizen) en privé-initiatieven (verenigingen allerhande) en o.a. door de politiek die gevoerd wordt rond het verblijfsstatuut “maakt men in Brussel meer en meer mensen kapot”…

 

Na de toespraken was er gelegenheid tot het stellen van vragen en vertelden enkele aanwezigen eigen ervaringen in verband met de besproken thema’s. Nadien was er warme  soep met brood en toespijs, aangeboden door medewerkers van HoC, waarvoor dank!!

 

 

Schone kleren – verslag zaterdag 6/5/2023

Auteur: S. Geldof —

Van mei tot en met juni staat in House of Compassion hedendaagse slavernij centraal. Tijdens deze wake focussen we op de arbeidsomstandigheden in de textielsector. 

De ineenstorting van het Rana Plaza-gebouw in Bangladesh, waarbij 1134 textielarbeiders het leven lieten is 10 jaar geleden. Wat is er sindsdien op het terrein veranderd? En waar blijft het vandaag nog fout lopen? En hoe kunnen we als consumenten en middenveldsorganisaties het verschil maken voor betere arbeidsomstandigheden en -voorwaarden?

Rana Plaza … dat nooit meer?

Sanna Abdessalem
Coordinatrice achACT
meer info: achacteurs@achact.be

AchACT is de tegenhanger van ‘Schone kleren campagne’, beiden zijn lid van ‘Clean Clothes Campaign’ het internationaal netwerk van organisaties die wereldwijd ijveren voor de rechten van de werknemers in de kledingindustrie.

Naar aanleiding van de 10e verjaardag van de Rana Plaza ramp in Bangladesh (waar 1.138 personen het leven lieten en 2.500 ernstig verwond toen een kleding fabriek instortte) voerden beide organisaties actie in de Brusselse Nieuwstraat .

Inderdaad, deze ramp is een duidelijk teken van het onrecht in de kleding sector: mensen werken tegen een hongerloon, in onveilige omstandigheden, quasi zonder sociale bescherming en mogelijkheden om hun basisrechten te laten gelden. Een analyse van deze sector leert dat het complexe netwerk van onderaannemings constructies het mogelijk maakt voor de opdrachtgevers en ultieme begunstigden om hun verantwoordelijkheden te ontlopen. Dit gebeurt in schril contrast met de kernprincipes van de Verenigde Naties ‘Bedrijven en Mensenrechten’ (J. Ruggie, 2011)

Enkele belangrijke vaststellingen na de catastrofe van Rana Plaza:: 

  • de arbeidsters, veelal vrouwen werkten in ongezonde en onveilige omstandigheden 
  • ondanks duidelijke tekens van gevaar voor instorting, hadden de meeste vrouwen geen keuze om niet te gaan werken – wegens hun extreem lage inkomen en de angst hun job te verliezen
  • deze arbeidsters hadden geen vakbond die hen vertegenwoordigt 
  • het bleek heel moeilijk om te bewijzen voor welke opdrachtgevers ze werkten (labels van de kledingmerken moesten uit het puin verzameld worden). 32 merken konden gelinkt worden aan de fabrieken van Rana Plaza; ze werden aangesproken op hun verantwoordelijkheid, enkel 12 echter hebben bevestigd klant te zijn in dit gebouw

Wat leveren acties en campagnes op? 

  • het heeft 2 jaar van campagne, mobilisatie van burgers en vakbonden gekost voor enige vorm van schadevergoeding uitbetaald werd aan de slachtoffers. Een fonds werd gecreëerd, waarin op vrijwillige basis bijdrages werden gestort, door sommige merken en grote bedrijven, die nochtans grote winsten halen uit deze sector. 
  • Ten gevolge van de instorting van Rana Plaza kwam een – nooit eerder gezien –  bindend akkoord tot stand rond de uitdagingen ivm veiligheid van fabrieken. Vandaag is het Internationaal Akkoord voor de Gezondheid en Veiligheid ondertekend door 195 bedrijven, betreffende 1500 fabrieken of 2 miljoen arbeiders in Bangladesh, het akkoord is net uitgebreid tot Pakistan.

Wat kunnen we doen? 

  • De overeenkomst is echter nog steeds vrijwillig en veel bedrijven weigeren de overeenkomst te ondertekenen. Toch produceren bijna 4 miljoen arbeiders kleding in Bangladesh en enkele miljoenen wereldwijd. Er is nog steeds druk nodig om bedrijven ertoe te bewegen de rechten van werknemers te respecteren (HIER vindt u meer info over hoe deze druk op te voeren).

De organisaties van Clean Clothes Campaign ijveren onder andere voor een https://www.achact.be/interpeller-les-enseignes-qui-refusent-de-sengager-pour-la-sante-et-la-securite-des-travailleur%c2%b7euses/betere traceerbaarheid van de verantwoordelijkheid van de opdracht gevende bedrijven in deze sector, oa door bewustmaking, maar ook door druk uit te oefenen op bedrijven en politieke beslissers voor een betere wetgeving die de plicht tot ketenzorg oplegt.

 

De ketenzorgwet

Laura Eliaerts
Beleidsmedewerker internationale dienst ACV
meer info: laura.eliaerts@acv-csc.be

Via enkele voorbeelden wees Laura ons erop dat het niet enkel in de kledingsector is dat het complexe netwerk van onderaannemingen het heel moeilijk maakt om bedrijven aansprakelijk te stellen, met als gevolg uitbuiting en schending van mensenrechten: zie bijv. het recente werf ongeluk van een school in Antwerpen; Tesla, Apple, Microsoft, Dell  e.a. werden voor de rechtbank gedaagd door Congolese families ivm lithium exploitatie; Borealis; Niger Delta: Shell (vervuiling van de leefwereld van inheemse bevolking). Soms worden hoopgevende resultaten geboekt, bijv. wanneer een rechtbank verder gaat dan de lokale afdeling van een multinational aansprakelijk te stellen maar eist dat het moederbedrijf garant staat voor preventieve maatregelen inzake milieu en mensenrechten.

Het concept van ketenzorg (Human Rights Due Diligence) is goed uitgewerkt en legt op dat het bedrijf in alle aspecten van zijn werking alert moet zijn en alles in het werk moet stellen voor het naleven van mensenrechten. Dit betekent bijv. ook dat ze in commerciële onderhandelingen er moeten voor zorgen dat de productie op billijke wijze vergoed wordt. 

Zowel op lokaal (federaal) als internationaal (Europees) zijn er wetten in de maak, waarbij belangengroepen zoals ACV de wetgevers appelleren op het maken van doeltreffende wetgeving. Zo ligt het debat in het Federale parlement, sinds het wetsvoorstel uit 2021 al een hele tijd stil… 

Men observeert ook dat sommige bedrijven onder de noemer ‘maatschappelijk verantwoord ondernemen (MVO)’ caritatieve initiatieven lanceren die echter niet bijdragen tot het aanpakken van de kernoorzaken van armoede en onrecht.

Kan de burger ook iets doen? 

Het ACV onderkent zeker de sturende kracht van de consument, maar gelooft vooral in het effect van een beter wetgevend kader. Ook wil men voorkomen dat bedrijven, indien de wetgeving in een land strenger wordt, hun toeleveranciers gewoon in een ander land gaan zoeken.

Uit de vragenronde: 

  • wetgeving focust op de bedrijven, maar welke verantwoordelijkheid voor de overheden? de vereiste van ketenzorg kan ingebouwd worden in de steeds strengere regels voor openbare aanbestedingen
  • waarom is er nog zo weinig vooruitgang, terwijl deze thematiek al 25 jaar geleden aangekaart is? via een systemische analyse van deze complexe problematiek kunnen ook andere hefbomen tot verandering geïdentificeerd worden. Zie Meadows, D. (2015) Denken in Systemen De 12 hefbomen tot verandering zijn gerangschikt volgens effectiviteit, waarbij het ingrijpen in parameters en hervormen van structuren redelijk onderaan in het lijstje voorkomen. 
  • kan solidariteit van werknemers in Europa ook bijdragen tot verandering?
    • Inderdaad het ‘fast fashion’ model wordt steeds meer binnen de bedrijfswereld in vraag gesteld (bijv in raden van bestuur)
    • tijdens de manifestatie van 23/4 in de Nieuwstraat riep een werknemer van een Belgisch bedrijf op voor meer solidariteit met de buitenlandse collega’s
  • is de kostprijs van een kledingstuk geen indicator van het al dan niet eerlijke loon voor wie het gemaakt heeft? 
    • de lage kostprijs laat inderdaad vermoeden dat te lage lonen deze mede mogelijk maken, maar omgekeerd is het niet zo dat een duurder kledingstuk garandeert dat een correct loon werd uitbetaald
    • het aandeel van de kostprijs die naar productie gaat is meestal heel beperkt (minder dan 1%) 

Meer info en inspiratie zijn te vinden in de brochure ‘Paal en Perk stellen aan de mensenrechtenschendingen door bedrijven’ – WSM 2019 

Concrete vragen over een merk? zie FASHION CHECKER

 

De opvangcrisis – verslag Zaterdag 1/4/2023

Auteur: Sabine Geldof —

De opvangcrisis, iedereen wordt er op de ene of andere manier mee geconfronteerd, in Brussel, België maar ze woedt in heel Europa. Maar wat is er van aan? Wat gebeurt er eigenlijk? Wie zorgt voor welke oplossingen? In deze wake kregen we een persoonlijk getuigenis en lichtten experts de feiten en de achtergrond ervan toe.

De opvangcrisis op nationaal niveau

Thomas Willekens
Beleidsmedewerker Vluchtelingenwerk Vlaanderen

Intentie vs realiteit

De kerngedachten van regeerakkoord m.b.t. asielaanvragen luiden: 

  • er moet een correcte procedure toegepast worden
  • er moet kwaliteitsvolle opvang verzorgd worden voor wie asiel aanvraagt.

De realiteit is echter heel verschillend.

Thomas schetst de chronologie, van eerste alarmsignalen, hoe de situatie stapsgewijs slechter wordt, over de veroordeling van Fedasil en de Belgische Staat en de maatregelen die genomen worden om aan de situatie te verhelpen.

De veroordeling is duidelijk: er is voldoende aangetoond dat mensen verhinderd worden om een asielaanvraag te doen.

De Belgische staat is verplicht om wie asiel wil aanvragen, een onderdak te geven. Wegens te weinig capaciteit kan, niet iedereen die asiel wil aanvragen opgevangen worden en wordt het criterium voor wie als doelgroep ‘kwetsbaar’ beschouwd wordt telkens strenger en komen steeds meer asielzoekers in de kou, dwz ze kunnen hun recht om asiel aan te vragen en in afwachting waardig opgevangen te worden niet uitoefenen. 

bijv. Wanneer het opvangnetwerk voor jongeren verzadigd raakt, wordt de leeftijdsgrens verlaagd, jongeren moeten bewijzen dat ze nog geen 16 jaar zijn om in aanmerking te komen, ze krijgen een attest dat ze zich moeten aanmelden voor een leeftijdsonderzoek, dat de dienst ‘voogdij’ niet wil uitvoeren wegens onethisch. Deze jongeren zitten dus in een impasse. 

Na de jongeren tussen 16 en 18, worden ook de alleenstaande moeders en koppels zonder kinderen als ‘niet kwetsbaar’ beschouwd. 

Wanneer de Federale Overheid er niet in slaagt haar opdracht uit te voeren proberen het middenveld en vrijwilligers oplossingen uit te werken (bijv. kartonnen tentjes), die dan weer door de lokale overheid (burgemeester) als onethisch worden bestempeld, ‘opgeruimd’ en doorverwezen worden naar een ander beleidsniveau. 

Toch blijft de politiek overleggen en zoeken naar oplossingen. Tussen de regels van het migratie akkoord (maart 2023) leest men ‘we hebben nog geen oplossing voor de korte termijn, maar op de lange termijn komt het goed’. 

Oorzaken en gevolgen van deze crisis

Niet 

  • het hoge aantal asielaanvragen (zie ook vonnis van de rechtbank: ‘deze fluctuatie is te voorzien, je moet daarop voorbereid zijn’)
  • doorreizende asielzoeker: deze heeft ook recht op opvang, tot het moment van overdracht naar het definitieve land van bestemming
  • het is ook een recht om na negatief advies verdere stappen te ondernemen

Wel 

  • politieke yo-yo 
  • duur van de procedure (gemiddelde doorlooptijd: 350 dagen, soms is het 2 jaar wachten op een 2e interview)
  • gebrek aan politieke samenwerking: Fedasil is verplicht om al 1 jaar in crisis modus te werken – dit kan vermeden worden door efficiënte ‘catch-all’ oplossingen

Er worden extra plaatsen bij gecreëerd en extra middelen ingezet, maar deze zijn altijd minder dan vooropgesteld en onvoldoende tov de nood. Bovendien is er geen echte spreiding over het grondgebied, de 1250 vooropgestelde lokale initiatieven hangen af van de goodwill van OCMWs en lokale besturen. 

Gevolgen

  • met het oog op de verkiezingen in 2024 is het belangrijk om een positief verhaal over migratie te brengen : de regering zou kunnen aantonen dat het mogelijk is om goed beleid te voeren
  • het middenveld is meer verenigd dan ooit.

De opvangcrisis op Europees niveau

Cecile Vanderstappen
Onderzoeksmedewerker CNCD-11.11.11

Welk opvangbeleid voert Europa? 

Een toelichting over hoe het opvangbeleid in Europa evolueerde werpt een licht op de fundamenten van het huidige opvangbeleid.

Tot 1970 was migratie fluïde, mensen hadden verschillende mogelijkheden om naar een ander land te migreren, er was minder controle.

Met het invoeren van de Schengen zone (1995) ontstond de idee dat de buitengrenzen van Europa moesten beschermd en gecontroleerd worden (ten voordele van de vrije circulatie binnen de Schengen landen) en zo ook Frontex, het europees agentschap dat de buitengrenzen bewaakt. Intussen is dit agentschap geëvolueerd naar een militair agentschap met enorme budgetten (zeker tov het budget voor asiel of integratie) dat nu ook veel (persoons)gegevens capteert en analyseert in functie van risico analyses, en ook optreedt ver buiten de grenzen van Europa, dichter bij de landen van oorsprong. 

De oorlog in Syrie (2015) bracht het inzicht dat het steeds moeilijker wordt om mensen tegen te houden aan de buitengrenzen van Europa. Men spoort de landen van oorsprong aan om het moeilijker te maken voor hun inwoners om hun land te verlaten. Deze politiek van externalisatie bestaat er concreet in om via geldstromen en akkoorden (‘accords-marchands’) migratie te verhinderen. 

De Dublin verordening (Dublin III van kracht sinds 2014), die bepaalt welk land verantwoordelijk is voor het in behandeling nemen van asielverzoeken, heeft als gevolg dat er in de landen waar migranten eerst aankomen hotspots ontstaan (bijv Griekenland en Italie). Om deze bottlenecks te verlichten kunnen andere landen asielaanvragen die daar ingediend worden screenen en diegene eruit selecteren die meest kans op asiel bevatten. Dit betekent detentie (van de aanvragers), triage en eventueel uitwijzing wanneer de kans klein geacht wordt op succesvolle aanvraag. Dit is dus geen rechtmatige toepassing van het recht op asiel. 

Deze evolutie naar steeds minder bereidheid tot opvang, steeds meer schending van de mensen rechten wordt ook door het Europese migratie pact (2020) bekrachtigd:

  • externalisatie
  • grenscontrole
  • screening bij land van aankomst
  • flexibile solidariteit (vs opgelegde solidariteit)

Lees de volledige analyse van het pact (in het Frans), men kan zich terecht afvragen of dit overeenkomt met de waarden die de Europese Unie zo hoog in het vaandel draagt. 

Nochtans 

  • Nee, we vangen niet alle miserie van de wereld op: de cijfers tonen  aan dat Europa slechts een heel klein aandeel van de 100 miljoen mensen op de vlucht opvangt, en dat andere, naburige landen veel meer mensen opvangen, ook rekening houdend met hun eigen BNP. 
  • toont de opvang van Oekraïense vluchtelingen een goed voorbeeld van opvang: 
    • spreiding over het grondgebied
    • integratie door ‘empowerment’ – de migrant krijgt de mogelijkheid om onderwijs te volgen, te werken – in tegenstelling tot de migranten uit andere landen die passief gehouden worden, een beslissing (eindeloos) moeten afwachten

Wat is de basis van een positief migratiebeleid

  • respect van het internationaal recht om asiel aan te vragen
  • evaluatie van asielaanvraag op grond van persoonlijk verhaal (niet op basis van land van oorsprong)
  • afschaffing van screening bij land van aankomst – dit biedt geen mogelijkheid om een beslissing aan te vechten
  • coherentie in het Europese beleid
    • opgelegde spreiding over het grondgebied
    • ook in andere domeinen geen beleid voeren dat migratiestromen veroorzaakt: bijv. leegvissen van Afrikaanse visbestand, innemen van overzeese landbouwgronden in functie van groene mobiliteit (biobrandstof)
  • legale wegen van migratie mogelijk maken (bijv. permis unique) waarbij men de nood aan bepaalde types van arbeid beter afstemt op de wens om te migreren

Deze laatste 2 punten gaan hand in hand en kunnen niet genoeg benadrukt worden. 

Hoe kunnen burgers bijdragen tot een meer humane opvang?

Riet Dhondt
mede-oprichter van Vriendschap zonder Grenzen

Nieuwe vormen van solidariteit ontstaan vanuit de realiteit van het terrein, ten gevolge van maatregelen

concrete acties: 

  • sinds 10/8/2015 wordt elke ochtend een ontbijt aangeboden bij het ‘office des étrangers – Pacheco’
  • 1200 hygiënische pakketten klaarmaken voor mensen zonder onderdak 
  • bezoek aan vluchtelingen kampen in Libanon (een land met de helft van Belgische populatie die 2 miljoen vluchtelingen opvangt!) en Guynée (een land dat zeer rijk is aan grondstoffen en toch veel migratie kent
  • samen met parlementariërs de toiletten van het gebouw in de Paleizenstraat schoonmaken
  • 15/4: Ramadan maaltijd in een opvang centrum
  • 24/6: Internationale dag van de Vluchteling: opleiding 

Ook de ‘buren van het kanaal’ worden gehuldigd door de aanwezige Burundese groep asielzoekers: zij ondervonden immers veel steun, zowel moreel als met voedsel, tenten, enz 

Digitale kloof … welke oplossingen? verslag zaterdag 3/12/2022

Na de zaterdag wake van 3/11 waar de mensen, die geconfronteerd worden met de gevolgen van de steeds verder doorgedreven digitalisering van onze maatschappij, aan het woord waren, was het thema van zaterdag 3/12 : digitale kloof … welke oplossingen? 

Onze sprekers belichtten het thema vanuit de verschillende niveaus van beleidsvoering (gemeentelijk, gewestelijk en federaal), aangevuld met de initiatieven van Welzijnszorg die dit jaar specifiek campagne voeren rond dit thema ‘Allemaal digitaal?!’ 

Welzijnszorg Allemaal digitaal?! (Hilde Geurts)

“Nee, niet enkel oudere mensen ervaren digitale drempels!”

de drempels zijn zowel 

  • fysisch: geen (of niet genoeg) computer, internet:  1 gezin met meerdere kinderen, nodig voor school en soms ook werk van de ouders; internet abonnement is niet voor iedereen betaalbaar
  • als cognitief: TikTok, Facebook, Instagram bekijken, ja maar een excel bestand bewerken, een account aanmaken of een complex formulier invullen is niet voor iedereen evident 

‘Welzijnszorg’ vestigt de aandacht op oplossingen, oa: 

  • het recht moet bestaan om niet geconnecteerd te zijn
  • diensten moeten ook niet digitaal toegankelijk zijn
  • diensten moeten inclusief zijn (dwz voor iedereen bruikbaar)

Campagne speerpunten: 

  • op 15/12/2022, 16:00  (Europakruispunt) actie moment, ism de sociale sector: ‘we kunnen het sociale werk niet meer doen omdat we te veel bevraagd worden voor problemen met digitale administratie’
  • tot 15/1: iedereen kan problemen met digitale drempels melden via gratis postkaarten, Welzijnszorg zal de organisaties waar zich de meeste problemen voordoen aanspreken

 

BXL: CABAN (Lauriane Paulhiac)

Via een filmpje kregen we een duidelijk beeld van de situatie van de EPNs (Espace Public Numérique), een instrument waar veel nood aan is maar dat met vele problemen kampt, oa:

  • geen duurzame budgetering voor de animateurs: de mensen waarbij men terecht kan (vrijwilligers,halftijdse precaire contracten, vaak uit andere bronnen geput)
  • geen neutrale locaties (wel bijv.  OCMW, niet iedereen wil zich met OCMW identificeren, of opleidingscentra, sommigen hebben al negatieve ervaringen met opleidingen, …)

het lijkt erop dat beleidsvoerders ervan uitgaan dat als de bevolking uitgerust wordt met computers en internet, ze de competenties wel zullen verwerven om ermee om te gaan. Er is ook geen algemene opleiding van de bevolking (bijv. om zich te verdedigen tegen onderliggende markt mechanismen (cookies, privacy bescherming etc..) of erger nog: oplichterij.

 

De EPNs zijn een belangrijke oplossing, maar hebben niet genoeg middelen om het grote aandeel van de Brusselse bevolking dat er nood aan heeft te bereiken. 

 

Federaal: UCLouvain (Périne Brotcorne)

Via een filmpje ‘La numérisation des services publics, l’envers du décor’ kregen we een heel heldere en sterke uiteenzetting van de problematiek en de onderliggende mechanismen; enkele bevindingen: 

  • de drijfveer is economisch (meer en betere diensten voor minder middelen) – de dienstverlening is voor een deel van de bevolking echter slechter geworden
  • ‘de technologie leidt de maatschappij naar sociale vooruitgang’ en hoe zit het met de neutraliteit van de technologie? doorheen het ontwikkelproces worden (politieke) beslissingen genomen 
  • wie zit aan het stuur? IT en marketing diensten hebben het heel moeilijk om zich in de plaats te stellen van mensen die niet (helemaal) ‘mee’ zijn met de technologische evoluties; bijgevolg creëert de digitalisering de facto grotere ongelijkheden
  • hoe alle gebruikers betrekken bij het ontwikkelen van deze digitale diensten? het online volgen (tracen) van wie al op internet is geeft geen goed beeld van wie niet ‘mee’ is

 

Gemeente Schaarbeek (Heleen Huysentruyt)

De Schakel is een vereniging waar armen het woord nemen. Op basis van de concrete signalen van de basis wordt een aanbod uitgewerkt, zoals bijv.  

  • lessen over tabletgebruik, kleine computer reparaties, plaatsvervangend netwerk,… 
  • een kaart waar inclusieve dienstverlening wordt aangeboden

maar er wordt ook beleidsondersteunend gewerkt via 

  • het betrekken van kwetsbare burgers bij het vormgeven van digitale samenleving (bijv. testen van nieuwe website OCMW door de doelgroep)
  • werkgroep digitale uitsluiting (CASS) maakt een rapport en event om de gemeentediensten te sensibiliseren
  • interpellatie van de gemeente en het uitwerken van een stappenplan voor de digitalisering. 

Helaas ondervindt men dat er op gewestelijk niveau (CIBG) te veel eenrichtingsverkeer is en beloftes voor structurele financiering dode letter blijven. De manier waarop gedigitaliseerd wordt (m.n. het sociaal uitsluitende effect), wordt niet in vraag gesteld. 

 

Het gevolg is dat organisaties zoals De Schakel deze opdrachten moeten opnemen ten koste van hun algemene werking en budgetten. 

 

Conclusie:

Périne Brotcorne pleit ervoor dat mensen de vrijheid van keuze moeten hebben (digitaal of niet), Lauriane Paulhiac wijst erop dat elke burger het recht heeft zich autonoom te kunnen uitdrukken en Heleen Huyzentruyt ondervindt dagdagelijks het uitsluitende effect van de digitalisering. 

 

Oplossingen zoals de EPN, extra aanbod ter ondersteuning van mensen die uitgesloten worden door het digitale en een degelijke aanpak tot een inclusieve dienstverlening krijgen niet genoeg middelen. Redenen genoeg om de campagne van Welzijnszorg ‘Allemaal digitaal?!’ te ondersteunen en het beleid op te roepen om structurele oplossingen te voorzien, waaronder een doordachte aanpak van de digitalisering met concrete maatregelen om de digitale drempels weg te werken, in het bijzonder voor kwetsbare burgers. 

 

Hilde Geurts-Welzijnszorg HoC 3.12.2022 (copyright Jean-Loup Dabe)

Daniel Alliet moderator HoC 3.12.2022

Daniel Alliet moderator HoC 3.12.2022 (copyright Jean-Loup Dabe)

Hilde Geurts-Welzijnszorg HoC 3.12.2022

 

Heleen Huysentruyt-DeSchakel-HoC03.12.2022

RepasSolidaireMaaltijd HoC 3.12.2022 (copyright Jean-Loup Dabe)RepasSolidaireMaaltijd HoC 3.12.2022

Heleen Huysentruyt DeSchakel HoC 3.12.2022 (copyricht Jean-Loup Dabe)

Teken “Eerst de mens, dan pas de computer”

Bij organisaties van sociale dienstverlening heerst grote bezorgdheid over het principe ‘digital by default‘, dat binnenkort via een ordonnantie  bij het Brusselse Parlement veralgemeend wordt bij alle openbare diensten. Zij merken dat een groot deel van de bevolking steeds meer moeilijkheden ondervindt bij allerhande administratieve procedures (van schoolinschrijving tot aanvragen subsidies of inzage in hun medisch dossier). Sinds de COVID periode blijven vele loketten gesloten zodat heel wat mensen in de kou blijven staan.  Verder doorgedreven digitalisering zonder een duidelijke strategie voor alternatieve vormen van communicatie leidt niet enkel tot digitale maar ook tot sociale uitsluiting en schending van mensenrechten. Als onderdeel van een mobilisatie campagne is een petitie opgestart met een aantal zeer gerichte vragen aan het Parlement.

Als 1000 burgers deze petitie tekenen kan het debat gevoerd worden, hoe vroeger hoe liever!

U kan de volledige tekst lezen en deze petitie tekenen: